Nee mama! Alleen doen...

Na de herfstvakantie vertrok onze jongste spruit gepakt en gezakt met haar boekentas voor het eerst richting peuterklas...

 

Al een maand trok ik het dichter tegen me aan, als een tegenstribbelende puber die een knuffel ondergaat van haar ouders, om toch maar niet overdonderd achter te blijven met dat lege gevoel nadat onze jongste pruts opnieuw een drempel overgaat. Terwijl ons gezin zich voorbereidde op haar grote dag schoof papa als semi - professioneel uitsteller het nog ver voor zich uit. Want dat dat drempelmoment ongetwijfeld zou binnenkomen, wist ik zeker. Maar mijn geknuffel met het onvermijdelijke wierp zijn vruchten af. Toen het uiteindelijk zover was, was mijn tristesse al verteerd en bleef alleen de blijdschap over, het kunnen zien dat ze het fantastisch doet omdat ze er zo ongelofelijk klaar voor is. 

 

Laverend tussen andere kinderen die aria's bij elkaar weenden, spotte onze jongste telg verdwaalde puzzelstukjes die lagen te wachten op de hulp van een onschuldige kinderhand om hun plekje in het geheel terug te vinden.  Nieuwsgierig naar het onbekende plantte ze zich al snel neer op het uitnodigende stoeltje en ging ze de uitdaging aan. En zo simpel als dat was ze de drempel overgegaan, met een verbouwereerde mama en papa die nog aan het bekomen waren van hoe makkelijk ze die overtocht gemaakt had. 

 

's Middag haalde een nieuwsgierige mama haar spruit op in de klas, vulde haar thuis met haar lievelingskost en schotelde haar als dessert de spannende vraag voor: 'Ga je een beetje slapen of terug naar school?' Dochterlief bleek vastbesloten: 'Terug naar school!' En onze kleine meid bleek definitief vertrokken, want ze heeft sindsdien nog geen dag school gemist. 

 

Was het leuk op school? 'Ja, mama, maar al die liedjes doen pijn aan mijn oren!' legde ze droogjes uit terwijl ze haar handjes op haar oren drukte.

 

Wanneer ze het weekend erna voor het eerst bij peter bleven logeren, trokken wij er met z'n tweetjes op uit. Back to basics. Alsof met het verlaten van ons huis mijn Assepoestervloek opgeheven werd, voelde ik de vlinders terug rondfladderen in mijn buik terwijl we lekker romantisch dineerden, de lakens en zoveel meer deelden. Wat een opluchting dat de magie na acht jaar nog niet verdwenen is, ze wordt hoogstens soms weggeduwd door die mastodont die zich dagelijkse sleur noemt. Ondertussen werden onze kinderen met zo'n groot gemak opgevangen in peters gezin alsof het de normaalste zaak van de wereld is om vier hyper-enthousiaste creatievelingen in goede banen te leiden. Terwijl  de stilte neerdaalde in ons huis werd ik naar mijn PC toe gezogen en raakte het bezinksel uiteindelijk de bodem bij mijn man. In een innige knuffel vielen we die avond in slaap.

 

Het was een hele tijd hangende, we hebben het zelfs aangemoedigd omdat die verzorgende rol soms best uitputtend is. En ja, het is uiteraard onze eigen schuld, hen uitbundig omringen met liefde en warmte tot ze het punt bereiken waarop ze met hun rugzak vol veiligheid en zelfvertrouwen je hand wegduwen en je overvallen met de woorden: 'Nee mama, alleen doen!'  

 

Mijn eerste 'oei, ik hang precies ineens boven een clif, nu zachtjes terug naar achter stappen of ik val erin'-moment overviel me toen onze kleine Ella Mortadella de eerste keer zelf haar slaapkamer in wandelde. Een brok in de keel want je beseft: 'Dit is zo'n onvergetelijk drempelmoment, ze wordt zelfstandiger.' Om je steeds makkelijker los te leren laten, trainen ze je, die kleine prutsen, door je als een gek te laten applaudiseren bij hun eerste blijde intrede op het potje.  Afgelopen weekend hebben we onze kleine pruts haar spijlenbedje veranderd naar een open bed, zodat ze zelfstandig naar haar potje kan. Je blijft even stilstaan en pakt elkaar nog eens goed vast. Want dit komt nooit meer terug, besef je. Als vlinders in de zomerzon kan je enkel genieten in het moment, loslaten als het tijd is en met een glimlach terugkijken.  Omdat het levensnoodzakelijk is om ze beetje bij beetje los te laten zodat ze ruimte krijgen om te groeien en bloeien. En steeds meer berust ik me in de woorden van Kalil Gibran* die me ronduit choqueerden toen ik ze voor het eerst las.

 

Loslaten gebeurt niet pas als ze gepakt en gezakt klaarstaan om voor het eerst naar hun kot vertrekken of de leegte van hun jeugdkamer je overvalt terwijl zij enthousiast hun eigen nest bemeubelen. Nee, het gebeurt in zoveel kleine momentjes om de emotie van het moment te ontladen, om het draaglijk te maken. 

Met mijn eerste en tweede spruit op komst streed ik tegen mijn eigen moeder om mijn onafhankelijkheid, de ruimte om mijn eigen ding te kunnen doen. Omdat loslaten niet makkelijk is. Omdat het tijd vraagt vooraleer het besef komt dat die leegte wel een andere invulling krijgt als je ziet dat je kind het goed doet, floreert in het leven. Maar twee (klein)kinderen later lukt het ons. We bewonderen elkaar nu vanop een afstandje. Niet te ver maar ook niet te dichtbij. Ik denk dat ik het pas volledig zal begrijpen als mijn dochters mijn leeftijd hebben en ik aan die andere kant sta, mijn gezicht getooid met een traan en een glimlach.  

 

*Kahlil Gibran: 'De profeet'

 

   Je kinderen zijn je kinderen niet.

 

   "En hij zei:

 

    Je kinderen zijn je kinderen niet.

    Zij zijn de zonen en dochters van 's levens hunkering naar zichzelf.

 

   Zij komen door je, maar zijn niet van je,

   en hoewel ze bij je zijn, behoren ze je niet toe.

 

   Je mag hen je liefde geven, maar niet je gedachten,

   want zij hebben hun eigen gedachten.

 

   Je mag hun lichamen huisvesten, maar niet hun zielen,

   want hun zielen toeven in het huis van morgen,

 

   dat je niet bezoeken kunt, zelfs niet in je dromen.

   Je mag proberen gelijk hun te worden, maar tracht niet hen aan jou gelijk te maken.

 

   Want het leven gaat niet terug,

   noch blijft het dralen bij gisteren.

 

   Jullie zijn de bogen, waarmee je kinderen als levende pijlen worden weggeschoten.

   De boogschutter ziet het doel op de weg van het oneindige,

   en hij buigt je met zijn kracht opdat zijn pijlen snel en ver zullen gaan.

   Laat het gebogen worden door de hand van de boogschutter

   een vreugde voor je zijn:

   want zoals hij de vliegende pijl liefheeft,

   zo mint hij ook de boog die standvastig is."