De dag wacht op mij

 

Hier in huis is het stil. Ik zit in de zetel naar buiten te turen, naar de wolkensnelweg hoog boven in de lucht. Zelden zag ik zoveel wolken in beweging. 

 

 

De reusachtige op het derde vak - die verdacht veel lijkt op het troetelbeertjeskasteel -  sjeest de rest aan een sneltempo voorbij. Die heeft binnen de kortste keren een boete aan zijn been, zeker bij trajectcontrole.  Zijn die troetelbeertjes aan het verhuizen of te laat voor een feestje met overnachting? (breng je eigen kasteel mee)

 

Terwijl het tweede vak goed vordert staat het eerste vak in file. Lap, wat zou een wolk in file eigenlijk doen: naar buiten kijken?

Altijd zo'n vervelende als je de rest vooruit ziet gaan en zelf stil blijft staan. En je beseft ook: ik kan niet op dat tweede vak glippen want ik kan niet genoeg snelheid maken vanuit stilstand zonder getoeter of erger. Als het voorgaande door m'n hoofd glipt, ben ik zelf gehaast. Als ik geen haast heb, geeft het me niet dat ik in file sta en geniet ik van m'n muziek, laat ik anderen voorgaan... Tegenwoordig lukt me dat zelfs naar het werk onder het motto: Evy, die overuren moeten toch op en er staat nog geen kindje voor je deur te wachten.'

 

Elke wolk passeert op haar eigen luchtstroom alsof ze allemaal ergens heen willen. Google leert me dat sommige luchtstromen wel tot 400 km per uur kunnen. Ha! Zie je wel dat dat kasteel een boete aan zijn been heeft? Ik wist het!

Net als hier beneden in ons mensenland lijkt de ene gehaast terwijl de andere alle tijd van de wereld heeft.  Nu heb ik duidelijk alle tijd want ik zit naar de wolken te staren. 'k Kan daar zo van genieten als ik alleen thuis ben.

En dan vraag ik me af: hoe vaak ben ik zelf al aan die wolkensnelweg voorbij gesjeest zonder hem op te merken?  Hoe vaak race ik voorbij aan wat is? Veel te veel vrees ik. Al is die vraag op zich al een stap in de goeie richting, net als m'n wolkenstudie nu.

 

De volgende morgen word ik wakker met een energiek gevoel: de dag wacht op mij! Goesting om te ondernemen, erin te vliegen... Al tempert de spring-in-'t-veld naarmate de leeftijd verhoogt, nog steeds vormt zich spontaan een lijstje met mogelijkheden bij de gedachte aan een vrije dag. Als ik even later m'n tienerdochter wakker maak met m'n enthousiaste motto: 'Kaat, de dag wacht op jou'', krijg ik als antwoord: 'ja ja mama, de dag wacht wel op mij...'. En ze draait zich nog eens om.

En ik die dacht dat je bij die gedachte alleen spontaan uit bed kon veren. Toch niet mijn genen...